• Home
  • De WPS
    • Alles over de WPS
    • Een bijzonder gebouw
    • Organisatie
    • Schoolplan
    • Schoolondersteuningsprofiel
    • Stichting Vrienden van de WPS
  • Voor de ouders
    • Vakanties en vrije dagen
    • Kalender
    • Schooltijden
    • Overblijven
    • Ziekmeldingen
    • Verlof buiten schoolvakanties
    • Klachtenregeling
    • Beleid Sociale Veiligheid
    • Meldcode
    • Godsdienst en levensbeschouwingen
    • Internetspelregels
    • Verjaardagen
    • Hygiëne
    • Verkeer
    • Verzekering
    • Rapportage
    • CITO
    • Buitenschoolse Activiteiten
    • Basisboekje
    • Privacy
  • Contact
    • Contactgegevens
    • Contactformulier
  • Vakanties en vrije dagen
  • Kalender
  • Schooltijden
  • Overblijven
  • Ziekmeldingen
  • Verlof buiten schoolvakanties
  • Klachtenregeling
  • Beleid Sociale Veiligheid
  • Meldcode
  • Godsdienst en levensbeschouwingen
  • Internetspelregels
  • Verjaardagen
  • Hygiëne
  • Verkeer
  • Verzekering
  • Rapportage
  • CITO
  • Buitenschoolse Activiteiten
  • Basisboekje
  • Privacy

Protocol Meldcode / Aandachtsfunctionaris bij vermoeden van:
huiselijk geweld
kindermishandeling
sexueel geweld
vrouwelijke genitale verminking
eergerelateerd geweld
ouderenmishandeling
huwelijksdwang

Voorwoord
In het kader van Veiligheid hanteert de Willemsparkschool een Protocol Meldcode bij (vermoedens van) huiselijk geweld, kindermishandeling, waaronder ook seksueel geweld, vrouwelijke genitale verminking, eergerelateerd geweld, ouderenmishandeling en huwelijksdwang. Hiermee worden de medewerkers van de Willemsparkschool ondersteund in de omgang met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling.
De Meldcode werkt volgens een vast stappenplan. Dit stappenplan leidt de betrokken persoon binnen de Willemsparkschool stap voor stap door het proces vanaf het moment dat deze persoon signaleert tot aan het moment dat er eventueel een beslissing genomen moet worden over het doen van een melding. De stappen maken de persoon duidelijk wat er van de verwachtingen zijn bij signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling en hoe deze persoon, rekening houdend met het beroepsgeheim en discretie, op een verantwoorde wijze komt tot een besluit over het doen van een melding.
De aandachtsfunctionaris dient hierbij als vraagbaak op het gebied van signalen, kennis van de meldcode en taken van een ieder binnen de Meldcode. Verder coördineert de aandachtsfunctionaris de uitvoering van de Meldcode en is de aandachtsfunctionaris de contactpersoon voor Veilig Thuis (advies of melding).
De stappen van de Meldcode gaan in vanaf het moment dat er signalen zijn van huiselijk geweld of kindermishandeling. Signaleren is een grondhouding bij de werknemers van de Willemsparkschool.

Begripsomschrijving van huiselijk geweld en kindermishandeling 
Wanneer een kind getuige is van huiselijk geweld tussen zijn ouders of andere huisgenoten, wordt dit ook gezien als een vorm van kindermishandeling. Het gaat bij de definities van huiselijk geweld en kindermishandeling om de relatie tussen pleger en slachtoffer en niet om de locatie waar het geweld plaatsvindt.
Geweld gepleegd door een professional dan wel werknemer ten opzichte van een leerling valt buiten bereik van de Meldcode. In dat geval dient direct de directie (dan wel de onderwijsinspectie) te worden ingeschakeld.
Geweld gepleegd tussen leerlingen/ouders van een school valt ook buiten bereik van de Meldcode. In dat geval dient direct de directie te worden ingelicht.

Strafrechtelijke aanpak 
Als een vermoeden ontstaat van een ernstig misdrijf is het verstandig om de te zetten stappen, al dan niet via Veilig Thuis, af te stemmen met de interventies van de politie. Gesprekken met slachtoffer en getuige kunnen het leveren van bewijs in de strafzaak namelijk belemmeren.
Zijn er twijfels over de veiligheid van de leerlingen of een kind? Dan worden de stappen van de Meldcode doorlopen. Er wordt vastgelegd door welke signalen bij de ouder(s) je twijfelt over de veiligheid van de leerlingen. Daarna worden de vervolgstappen van de Meldcode gevolg die ervoor zorgen dat er ook verder onderzoek plaatsvindt en dat er, zo nodig, passende hulp komt.

Stappen van de Meldcode op de Willemsparkschool
Stap 1: In kaart brengen van de signalen
Wanneer een beroepskracht signalen meent te zien, worden deze eerst door deze persoon in kaart gebracht. Hierbij is het zeer belangrijk om feiten en signalen uit elkaar te houden. Signalen kunnen ook besproken worden met de betrokkenen (“Hoe kom je aan die gebroken arm?”, “ik zie dat je erg verdrietig bent, hoe komt dat?”). Observaties, gesprekken waarin de zorg wordt gedeeld, en documentatie van signalen zijn nuttige informatiebronnen.
Blijf vooral bij feiten, Veilig Thuis kan niets met onderbuikgevoelens. Hierbij wordt ook gekeken naar ́oudersignalen ́. Bijvoorbeeld of de ouder(s) van het kind zwaar verslaafd, ernstig ziek of zeer depressief is/zijn.
Op dat moment kan in kaart worden gebracht hoeveel kinderen er in het gezin wonen, wie de zorg draagt voor het gezin, hoe de kinderen naar school komen, etcetera.
Bij vermoeden van eergerelateerd geweld, huwelijksdwang of vrouwelijke genitale verminking is er geen overleg met de ouders! Hierbij wordt altijd in overleg met de Aandachtsfunctionaris Veilig Thuis gebeld.
Zijn er zorgen? Meldcode in gang zetten!

Stap 2: Raadplegen
Collegiale consultatie, zonodig raadplegen Veilig Thuis of een deskundige op het terrein van letselduiding.
Overleg met de aandachtsfunctionaris over de signalen is de volgende stap. Op anonieme basis kan ook Veilig Thuis worden geraadpleegd (0800-2000/ 020-7983798). Wanneer er sprake is van zichtbaar letsel waarover meer duidelijkheid nodig is, kan ook een forensisch geneeskundige worden geraadpleegd via Veilig Thuis.

Stap 3: Gesprekken
Gesprek met de ouders/ verzorgers
Op weloverwogen tijdstip onder schooltijd
Wanneer er na stap 2 nog steeds zorgen zijn over de situatie, is op zeer korte termijn een oudergesprek nodig om de zorgen te delen. Dit kan een beroepskracht alleen doen, of in aanwezigheid van de aandachtsfunctionaris. De beroepskracht vertelt dat deze zich zorgen maakt.
De signalen en feiten die zijn waargenomen worden besproken. Het kan voorkomen dat in het gesprek de zorgen worden weggenomen. De volgende stappen worden dan niet genomen.
Indien de zorgen niet in zijn geheel worden weggenomen, geeft de betreffende beroepskracht aan dat er wordt overwogen een melding te doen bij Veilig Thuis. Overweeg voor een melding altijd aard en ernst. De beroepskracht legt aan de ouders uit wat het doel van de eventuele melding is. Vervolgens wordt gevraagd aan de ouders om daarop te reageren. Wanneer de ouders bezwaar maken, probeert de beroepskracht aan de bezwaren tegemoet te komen en te denken in/aan mogelijke oplossingen.
Het kan zijn dat de melding na het bespreken van mogelijke oplossingen alsnog van tafel gaat. Er worden dan samen met ouders en de aandachtsfunctionaris concrete afspraken gemaakt hoe de volgende periode in te gaan. Er moet merkbaar gewerkt worden aan de samen gemaakte afspraken dan wel oplossing. Er wordt direct een nieuwe afspraak gemaakt om de afspraken/oplossingen te evalueren of te bespreken.
Voor een melding wordt altijd geprobeerd om toestemming te krijgen van de ouders om te melden bij Veilig Thuis.
Een dergelijk gesprek met ouders vindt nooit plaats op een vrijdag of voor een vakantie. Er is dan geen zicht op het vervolg van de stappen in het weekend en eventuele acties van ouders, evenals dat de veiligheid van de leerling niet gevolgd kan worden.
Indien er een melding gedaan gaat worden moet het duidelijk zijn hoe de leerling na schooltijd opgevangen zal worden en door wie. Dit kan vooraf met Veilig Thuis (stap 2) zijn gebeurd. De veiligheid van de leerling staat altijd voorop!
Gesprek met het kind
Indien mogelijk wordt eerst een apart gesprek met de leerling gevoerd. De beroepskracht weegt samen met de Aandachtsfunctionaris af of dit voor de leerling niet te belastend is. Het kan van belang zijn de leerling apart te spreken, zonder dat de ouders erbij zijn, zodat de leerling zich vrij kan uiten. Vraag de leerling ook naar zijn/haar wens hoe hier mee om te gaan en spreek vertrouwen uit, informeer wie er bij betrokken zijn, enzovoorts. Creëer een veilige omgeving en gespreksvorm.
Geen gesprek met ouders/ verzorgers
Deze stap mag alleen overgeslagen worden als het direct gevaar zou opleveren voor de leerling of de situatie. Bijvoorbeeld: de beroepskracht bespreekt het vermoeden van seksueel geweld nog niet met de dader, omdat hij het risico aanwezig acht dat de dader zich na het gesprek op het slachtoffer zal afreageren. Ook kan een gesprek worden overgeslagen als de angst bestaat dat de ouders de contacten met de beroepskracht zullen verbreken en de leerling uit zicht kan raken van de school.

Stap 4: Wegen van aard en ernst
Na het in kaart brengen van feiten, signalen en eventueel het gesprek met Veilig Thuis, ouders/ leerling(en) heeft de beroepskracht redelijk veel informatie. Op dit moment moet de beroepskracht, in overleg met de aandachtsfunctionaris (en/of opnieuw met Veilig Thuis) het risico van huiselijk geweld of kindermishandeling inschatten, maar zeker ook de aard en de ernst van dit geweld. Bij twijfel wordt altijd (opnieuw) contact opgenomen met Veilig Thuis.

Stap 5: Beslissen: hulp organiseren of melden
Na de weging van aard en ernst in stap 4 komt de beroepskracht (met medeweten van de aandachtsfunctionaris tot een besluit: hulp organiseren ( door school en/ of betrokkenen) of melding doen. Wanneer de beroepskracht meent dat hij zelf niet of maar gedeeltelijk de benodigde hulp kan bieden, doet hij een melding bij Veilig Thuis.
Doe een melding nooit op een vrijdag of voor een vakantie.
Er is dan geen zicht op het vervolg van de stappen in het weekend. Maak zonodig afspraken met Veilig Thuis over hoe de leerling opgevangen kan worden indien nodig.
Wanneer zelf hulp wordt geboden die voldoende beschermt tegen het risico op huiselijk geweld of kindermishandeling, dan worden de effecten door de beroepskracht gevolgd. Als het geweld opnieuw oplaait of niet stopt,of de zorgen niet verminderen, doet de beroepskracht alsnog melding met medeweten van de aandachtsfunctionaris.
Bij onvoldoende mogelijkheid tot bieden van bescherming voor de leerling, wordt een melding gedaan. Met een melding kunnen de signalen nader worden onderzocht en acties in gang worden gezet. Veilig Thuis doet na een melding onderzoek naar de signalen. De medewerkers van Veilig Thuis gaan in gesprek met de ouders en de beroepskrachten die met de leerling te maken hebben. Zij onderzoeken welke hulp/ interventie noodzakelijk is voor zowel slachtoffer als pleger.

Feiten 
De melder meldt zoveel mogelijk feiten en signalen die waargenomen zijn. Bij feiten en gebeurtenissen van een andere waarnemer, moet de bron duidelijk worden vermeld. Dit gebeurt mede op basis van het dossier van de beroepskracht en de aandachtsfunctionaris

Informatie over meldrecht in relatie tot beroepsgeheim 
Het beroepsgeheim of de zwijgplicht is een belangrijke voorwaarde voor effectieve hulpverlening. De vertrouwensrelatie met de leerling of betrokken persoon is van wezenlijk belang. Toch kunnen er situaties zijn waarin de problematiek zo ernstig is dat het doorbreken van het beroepsgeheim noodzakelijk is. Dit is het geval bij ernstige vormen van huiselijk geweld of kindermishandeling, waarbij de betrokkenen zelf niet of onvoldoende mee kunnen of willen werken.

Meldrecht 
De regels voor het verbreken van het beroepsgeheim gelden voor alle situaties waarin een leerling of betrokken persoon zich in een ernstige situatie bevindt. Bij een vermoeden van kindermishandeling of huiselijk geweld is dit in een meldrecht vastgelegd in de Wet maatschappelijke ondersteuning (art. 5.2.6 Wmo). Dit biedt iedere beroepskracht met een beroepsgeheim of een andere zwijgplicht het recht om een vermoeden van kindermishandeling of huiselijk geweld bij Veilig Thuis te melden. Ook als zijn cliënt, patiënt of leerling daar geen toestemming voor geeft. Daarnaast biedt het meldrecht beroepskrachten de mogelijkheid om informatie over een leerling te verstrekken als Veilig Thuis daarbij in een onderzoek naar vraagt.
NB 1: Het wettelijk meldrecht geldt ook als er alleen meerderjarigen bij het huiselijk geweld zijn betrokken.
NB 2: Voor een zorgvuldige besluitvorming is het noodzakelijk dat de beroepskracht de situatie, voordat deze een besluit neemt, bespreekt met de aandachtsfunctionaris en zo nodig ook (op basis van anonieme cliëntgegevens) advies vraagt aan Veilig Thuis. Verder is het van belang dat de aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten en signalen aantoonbaar is, en dat er een zorgvuldige en concrete afweging van belangen is geweest.

Nuttige adressen
Veilig Thuis Amsterdam Amstelland Valckenierstraat 5 1018 XB Amsterdam Postadres: Postbus 170 1000 AD Amsterdam info@020veiligthuis.nl www.020veiligthuis.nl Telefoon: 020-7983798
www.meldcode.nl
www.rijksoverheid.nl
www.onderwijsenkindermishandeling.nl
Risico taxatie instrument, de LIRIK NJI Nederlands Jeugd
Instituut, http://www.nji.nl/eCache/DEF/1/31/781.html
Hier kan een instrument aangevraagd worden om zo de mishandeling van een kind te kunnen inschatten.
 


Snel naar

Kennismaken Aanmelden

Het schoolplan bekijken

De WPS Alles over de WPS Een bijzonder gebouw Organisatie Schoolplan Schoolondersteuningsprofiel Stichting Vrienden van de WPS
Voor de ouders Vakanties en vrije dagen Kalender Schooltijden Overblijven Ziekmeldingen Verlof buiten schoolvakanties Klachtenregeling Beleid Sociale Veiligheid Meldcode Godsdienst en levensbeschouwingen Internetspelregels Verjaardagen Hygiëne Verkeer Verzekering Rapportage CITO Buitenschoolse Activiteiten Basisboekje Privacy
Contact Contactgegevens Contactformulier
  • Cookie settings

Powered by Social Schools